Guyottestraat

Guyotte van IJsselstein (1310-1369) was de dochter van Heer Arnaud I van IJsselstein en Maria van Avesnes en kleindochter van Heer Gijsbrecht van IJsselstein.

Gyotte van IJsselstein verleende rond 1366, naast enkele vrijheden, het eerste geschreven strafrecht aan de 'poorters' van de stad IJsselstein. Zo werden boeten opgelegd voor het "loochenen, gewelddadig gebruik van vuist of voet, het slaan met een staaf, knuppel of steen, het toebrengen van verwonding of verlamming en het doen van huisstoting (steken of slaan naar iemand van buitenshuis inwaarts)".

Als een "kwaad wijf een goede knaap te hoofde sprak met kwade woorden, of dat twee vrouwen malkander uitscholden, men zou haar eenen steen om den hals rondom de poorte laten dragen, tenzij zij liever eene boete van een pond wilden betalen". Hierna een afbeelding van de IJsselsteinse schandstenen

Guyotte van IJsselstein is de opdrachtgever geweest van het grafmonument in de Sint Nicolaaskerk. Zij heeft het laten oprichten voor haar beide grootouders: Gijsbrecht van Amstel en Bertha van Heukelom (van Arkel 1304-1311), voor haar beide ouders: Arnoud van Amstel (1343-1363) en Maria van Avesnes (van Henegouwen 1309-1344) en als gedenkteken voor het geslacht IJsselstein. Deze familie had immers IJsselstein laten groeien van een nederzetting tot een kleine stad.

De meest linkse gisant is Gijsbrecht van Amstel; naast hem ligt Bertha van Heukelom. De gisant rechts is Arnaud van IJsselstein, met naast hem zijn vrouw Maria van Avesnes.

0 reacties: