Boomgaard

In de eerste helft van de twintigste eeuw had IJsselstein een groot aantal kersenboomgaarden vooral rond de Poortdijk, de Utrechtseweg en de Noord-IJsseldijk. Volgens de VVV was IJsselstein de ‘Stichtsche Kersenstad’ waar ‘in den bloeitijd het land in bruidstooi is' en waar 'in den kersentijd Neerlands vlag een feestelijk aanzien geeft aan elken boomgaard.’



Via een notaris werden de kersen aan de stam verkocht aan fruitkooplieden. Deze kooplieden kwamen uit de teen- en houthandel. Zij hadden begin juni de teen en het hout (stokken) geschild en in de kersentijd van half juni tot half juli hadden zij tijd voor ander werk.

Tegen de tijd dat de kersen rijp waren waren vele IJsselsteiners bezig met het verjagen van spreeuwen en het plukken van kersen. Kinderarbeid was hierbij heel gewoon en het schoolverzuim was tijdens de kersenpluk dan ook groot. In de boomgaarden werden ook wedstrijden kersenmanden dragen georganiseerd. Wie de meeste bussels (manden) op zijn hoofd kon dragen, tijdens een rondje lopen om de grote boom, was winnaar. Na de oogst was het feest in de boomgaard. Hele gezelschappen, scholen en verenigingen maakten van het kerseneten een feestelijk dagje uit.

Door de stadsuitbreiding en de arbeidskosten zijn nu alle commerciĆ«le kersenboomgaarden verdwenen. In de IJsselsteinse parken en plantsoenen staan nog wel zo’n 800 verschillende appel- en zo’n 200 verschillende perenrassen. Daarmee heeft IJsselstein de grootste openbare fruitcollectie van Europa.

0 reacties: